10x jurist en wetenschapper Fred Kistenkas
Een wetenschappelijk toekomstplan met een ketting van eilanden voor de IJsselmeerkust. Discussies rond een zand- en natuureiland op gemeentelijk grondgebied van De Fryske Marren. Geen wettelijk instrument dat automatisch landelijk of provinciaal beleid doorzet naar plaatselijke besluiten. Voor jurist en wetenschapper Fred Kistenkas genoeg voer voor het plaatsen van kanttekeningen en observaties. Tien stuks.
1 Er is een tenzij …
‘De gemeenten zijn gewend dat ze het voor het zeggen hebben. Vijftien, twintig jaar geleden was dat anders. Toen had je het over lagere overheid. Dat was toen geen vies woord. Het gaf de verhoudingen zuiver weer. Nu is de gemeente mede-overheid geworden: decentralisatie werd hip. Op allerlei terreinen, waaronder de ruimtelijke ordening, zijn zij eerstverantwoordelijk. Maar er is een tenzij… Tenzij provinciale of nationale belangen in het geding zijn’.
2 Landelijk regie regelen
We zitten in een overgangsfase; soms voelt dat wat krampachtig. Vroeger stond de overheid op te grote afstand, dus moest het allemaal dichter bij de burger. Decentralisatie werd het toverwoord. Met vertrouwen in de gemeente. Nu zie je een tegenovergestelde beweging; behoefte aan Rijksregie bij nationale vraagstukken. Het is aan de wetgever om te regelen dat bij belangrijke onderwerpen (meer) landelijke sturing mogelijk is’.
3 Crises oplossen
‘We zijn baas in eigen backyard! Dat heeft gespeeld bij het niet vaststellen van een gevraagd bestemmingsplan voor het zand- en natuureiland. Lokale wensen op het gebied van natuur en landschap zijn voor de ruimtelijke ordening leidend geweest. De Raad van State is vervolgens meegegaan met die extra gemeentelijke natuureisen, boven op de Europese habitattoets. Een verregaande uitspraak, want we hebben in Nederland ondertussen wel een aantal crises op te lossen.’
4 Sluitende spelregels
‘Nationaal is er nogal wat aan de hand op het gebied van woningbouw en natuurontwikkeling. Als jurist pleit ik dan – meer dan ooit – voor goede en sluitende spelregels en voor een juiste toepassing ervan. Neem zo’n Habitattoets Natura 2000; dat is een Europese natuurtoets die de wet aan de provincie geeft en niet aan de gemeente. De Europese natuurdoelen kunnen botsen met – al dan niet goedbedoelde – voorkeuren van een gemeente, maar de Europese natuurdoelen hebben natuurlijk voorrang.’
5 Nederland over 100 jaar
‘Over ruimtelijke ordening en natuurbehoud en -ontwikkeling rond het IJsselmeer wordt veel gesproken. En kijk dan eens naar een studie van de Wageningse universiteit. Wetenschappers van allerlei pluimage hebben in kaart gebracht hoe Nederland er over honderd jaar kan uitzien. Veilig, natuurvriendelijk, ecologisch verantwoord. Een denkrichting voor verdere discussie. De Smals-plannen zouden daarin niet misstaan. Ze kunnen er zelfs goed aan bijdragen’.
6 Hele rij eilanden
‘De Wageningse wetenschappers hebben de natuur in de hoofdrol geplaatst en een klimaat-slimme benadering bedacht. Bovendien veiligheid voor de bevolking. Voor het IJsselmeer betekent dat onder meer een hele reeks eilanden voor de kust en daarmee dubbele en glooiende oevers. Verder uitdieping van het meer om een groot zoetwaterbekken te hebben. Extra koel bovendien. Die ideeën – in samenhang met een aantal nieuwe nationale belangen uit de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) van de Rijksoverheid – lijken niet altijd helemaal te kloppen met sommige gemeentelijke overwegingen’.
7 De juridische kous is nooit af
‘De Raad van State heeft gesproken. Het vonnis is onherroepelijk. Kort en goed komt het erop neer dat een gemeente eigen natuurbeschermingsrechtelijke eisen mag stellen bij het bestemmingsplan. Maar juridisch is de kous nooit af. Vonnissen leiden tot discussies, tot het opsporen van lacunes in de wet- en regelgeving, tot het dichten van mazen in de wet. Zelf heb ik, zoals wel gebruikelijk is in mijn metier, een kritische rechtswetenschappelijke annotatie geschreven bij die uitspraak’.[1]
8 Tussen wal en schip
‘Sinds kort hebben we de NOVI als instrument, de Nationale Omgevingsvisie. Deze geeft aan welke kant Nederland op wil met zaken als het vergaren van grondstoffen, met biodiversiteit, met onze energie- en drinkwatervoorziening, met woningbouw… En op al die gebieden staan de neuzen grofweg dezelfde kant op. Duurzame grondstoffenvoorziening noemt de NOVI als belangrijk nationaal onderwerp. Maar zo’n omgevingsvisie is een beleidsnota. En daar kan een rechter op zichzelf niks mee. Een rechter kan alleen iets met rechtsregels. En op die manier is vooralsnog het natuur- en zandeiland van Smals tussen de wal en het schip gevallen’.
9 Wettelijk goed regelen
‘Wie A zegt, moet ook B zeggen. En dat gaat volgens mij ook wel gebeuren. Straks hebben we een Omgevingswet. Het parlement heeft als taak om de wet zó in te richten dat het zijn beleid ook gerealiseerd ziet worden. Landelijke besluiten en visies zouden op onderdelen weer automatisch moeten kunnen doorwerken naar lagere overheden.’
10 Mee blijven denken
‘Een aanpassing van de wet is niet van vandaag op morgen geregeld. Die aanpassing hoeft trouwens niet de basis te zijn om met elkaar in gesprek te komen en te blijven. Mede vormgeven aan het realiseren van nieuwe oplossingen is een kwestie van slim vooruitkijken. En het is goed daarbij te bedenken dat nationale en provinciale belangen steeds doorslaggevender worden’.
Fred Kistenkas is associate professor en senior-onderzoeker aan de Wageningen Universiteit. Omgevings- en milieurecht is zijn specialiteit.
[1] Raad van State 23 december 2020, Gst 2021, 49 (De Fryske Marren) m.nt. F.H. Kistenkas